Naar de stembus | door Helena

Naar de stembus | door Helena

hintersee, bergsee, mountains

Een poos geleden vonden de Provinciale Statenverkiezingen plaats en mocht ik weer naar de stembus. Voor de gemiddelde persoon een kwestie van naar het stembureau gaan en klaar. Met mijn autisme werkt dit helaas net even wat anders.

Helena

Stemmen

Het kiezen van een partij is in mijn geval niet zo moeilijk. Vanuit idealistisch oogpunt stem ik al jaren op dezelfde partij. Daarvoor rijst echter nog de vraag: ga ik überhaupt wel stemmen? Mijn hoofd is al zo vol, evenals mijn agenda. Is stemmen echt een prioriteit voor mij nu? Bereik ik voor mezelf geen grens van overprikkeling als ik ga? Ik kan toch beter overslaan… Nee, misschien krijg ik daar wel spijt van, omdat ik een sterk innerlijk gevoel heb dat ik ‘mijn’ partij moet steunen. 

Na dagen met deze gedachten rond te hebben gelopen, besluit ik om toch te gaan.

Plannen en nog eens plannen

Tijdens de ochtend probeer ik voor mezelf een planning voor de dag uit te dokteren. Zal ik eerst het pakketje ophalen bij het PostNL punt en dan stemmen? Of kan ik beter eerst die brief op de bus doen en dan op de terugweg langs het stemlokaal gaan? Maar ik moet ook de auto nog naar de garage brengen voor de onderhoudsbeurt, dus dan moet ik toch echt voor die tijd gaan stemmen. En zo ben ik weer een hele poos bezig om het juiste moment te bepalen en voel ik de spanning alweer oplopen en mijn energieniveau dalen door het verliezen van het overzicht. Uiteindelijk besluit ik om het stemmen als eerste punt op mijn planning te plaatsen.

Ik parkeer de auto voor het stemlokaal, een gezellig klein cafeetje in het dorp. Ik weet altijd precies hoe het gaat: mijn ID-kaart laten zien, mijn stempas afgeven, stembiljet in ontvangst nemen en het hokje aankruisen om vervolgens het stembiljet in de container te deponeren. Klus geklaard. Helaas ging het deze keer niet zo gemakkelijk.

Small talk

Ik ben in het dorp een vrij ‘bekend’ persoon, omdat ik vaak met mijn hondje door het dorp loop. Al bij de voordeur, nog voordat ik een blik naar binnen kan werpen om de ruimte in me op te nemen, staat er een gastheer die mij overvalt met verschillende vragen en vertelt dat hij mij vaak ziet lopen met mijn hond. Ik probeer, terwijl ik druk bezig ben met het scannen van de omgeving, te bedenken waar ik de beste man eerder heb gezien. Gelukkig helpt hij mij daarbij en begint het weer te dagen. “Je hond heeft zo’n mooi jasje”, lacht hij. In mijn andere oor hoor ik iemand verderop al enthousiast roepen: “Hoe gaat het met je hondje”? Terwijl ik probeer te plaatsen wie dat zegt, praat de gastheer vrolijk door.

Verlies van overzicht

Ik merk direct dat ik overzicht verlies en dat alles op me afkomt. Want terwijl weer iemand anders wat aan me vraagt, geeft de gastheer instructies. Ik heb ze helaas niet opgeslagen. Dan maar naar de eerste tafel lopen. Daar zit de mevrouw die net buiten mijn straat woont en, net als de gastheer, mij complimenteert met het mooie, rode jasje dat mijn hondje altijd draagt tijdens de winter. Ik probeer haar te bedanken en tegelijkertijd moet ik mezelf dwingen om te luisteren naar de instructies die de persoon aan tafel twee geeft. Ook dit blijkt een oude bekende te zijn en ik merk dat ik in mijn hoofd de woorden ‘focus Helena’ meerdere malen uitspreek. 

Bij tafel drie zit gelukkig iemand die ik helemaal niet ken. Ik kan dus gewoon het stembiljet aanpakken en doorlopen naar het hokje.

Rood bolletje

In het hokje moet ik me echt afsluiten om het juiste bolletje rood te kunnen kleuren, maar ik merk dat het me niet lukt. Er zijn zoveel geluiden en nieuwe mensen die binnen komen lopen. Uiteindelijk lukt het, waarna ik wel tien keer controleer of ik het juiste bolletje heb aangekruist en probeer ik het idioot grote biljet terug te vouwen in originele staat. Ik voel de zenuwen opkomen, want ik heb door alles wat op me afkwam niet gezien waar de container staat waar het stembiljet in moet. Ik draai me om en kijk om me heen. Gelukkig geeft een medewerker, weer een bekende, maar dit keer een rustig iemand die niets van me vraagt en me alleen vriendelijk gedag zegt, uit zichzelf al aan waar ik het biljet in mag doen.

Ik sta hulpeloos met mijn rode potloodje in de hand om me heen te kijken. Waar moet dát ding dan weer heen? Bij de uitgang staat ook een vrijwilliger en zij geeft aan dat ik het potloodje bij haar mag inleveren. Dan komt de gedachte op dat als ik nu naar buiten loop, ik even iedereen vriendelijk gedag moet zeggen en succes wensen. ‘Zo hoort dat’ en ze waren immers zo vriendelijk richting mij en staan zich daar een lange dag vrijwillig uit de naad te werken. Misschien vinden ze me wel onfatsoenlijk als ik zonder iets te zeggen wegloop. 

Het lukt me nog net om iedereen een fijne dag te wensen. Eenmaal buiten, probeer ik vooral om rustig door te ademen en spring ik gauw mijn auto in. Rust.

Overvloed aan prikkels

Zo werd het slechts enkele minuten in een stemlokaal zijn, voor mij een ware overvloed aan prikkels. En toen moesten de andere punten van het lijstje ook nog afgewerkt worden die dag. 

De overprikkeling had beperkt kunnen worden als ik even de gelegenheid had gekregen om te acclimatiseren en te observeren en me had kunnen focussen op het stemmen. Ik kan op sommige momenten best met iemand een praatje maken en vind dat zelfs ook nog leuk, maar hierin moet ik niet abrupt en herhaaldelijk te hoeven schakelen van de ene naar de andere persoon met daarbij nog allerlei andere taken/handelingen die door mij verricht moeten worden.

Schakelen

Ik waardeer het enthousiasme van de medewerkers, maar er werd teveel tegelijkertijd van me gevraagd: luisteren, reageren, instructies opvolgen, overzien en prikkels verwerken. De situatie was voor mij ook niet voorspelbaar en tot op zekere hoogte ook niet goed voor te bereiden. Ik ben gewend om alles stap voor stap te doen en vooral zaken goed voor te bereiden om overprikkeling te beperken. Ik kan me tijdens een gesprekje met een ander niet afsluiten voor alles wat er om me heen gebeurt. Zeker niet in openbare ruimten. 

Ook het schakelen van het ene moment naar het andere vraagt ontzettend veel van me. Ik kan wel concluderen dat wat voor velen op de automatische piloot gaat, voor mijn brein vreselijk hard werken is. Het gaat verre van automatisch en vergt veel bewust denkwerk. 

Gelukkig leverde me de overprikkeling in dit geval toch nog iets op, want mijn partij ging er uiteindelijk op vooruit! Of ik een volgende keer weer ga? Daar moet ik nog maar eens goed over nadenken tegen die tijd.

Blog door Helena

Helena schrijft haar ervaringen rondom leven met autisme graag op en hoopt anderen hiermee te helpen.

Gerelateerde artikelen